Moxa
Moxa is afgeleid van een kruid dat in het japans Mogusa heet. Een Nederlandse
vertaling van Mogusa is bijvoet, de Artemisia vulgaris.Het is een kruid
dat bij aansteking langzaam en zeer heet verbrandt. Het geeft een aangename
en weldadige infrarode uitstraling. Het moxeren is een eeuwenoude oosterse
therapie die sinds ongeveer 200 jaar ook in europa bekend is. Het is
een therapie die meegekomen is met de accupunctuur. Een acupuncturist
kan er voor kiezen om tegelijk met het zetten van naalden moxa te branden
boven het punt wat hij behandelen wil. Dit betekend dus dat iemand
met kennis van accupunctuur of shiatsu deze methode met veel meer fantasie
kan toepassen. De grondbeginselen zijn echter simpel en door iedereen
te leren.
Het basismateriaal voor het moxeren is in twee vormen te krijgen, in
sticks en los. De sticks zijn het meest handig in gebruik. De losse moxa
moet voor het gebruik eerst (als shag) stijf in een vloeitje gerold worden.
Het aansteken van de moxa kan eenvoudig met lucifers. Het doven van een
stick is mogelijk door hem na gebruik met de kop in het zout te steken.
De hitte en daarmee de werking is afhankelijk van de hoeveelheid as die
er op zit, hoe meer as des te minder uitstraling. Een bakje in de buurt
en vaak aftikken is wel een voorwaarde.
Moxeren is goed bij chronische pijnen, slapte en gebrek aan energie,
slapeloosheid, gewichtsproblemen (werkt normaliserend) en seksuele problemen.
Moxeren is niet goed en zelfs verboden bij koorts, een hartslag boven
90, te hoge bloeddruk, extreme vermoeidheid, erge honger, bij zwangerschap,
na alcoholgebruik, bij roodheid, zwelling en hitte.
Aan de kant die het koudst, het kleinst, het minst ontwikkeld en het
minst bewust is begin je te werken. Hier behandel je dus het eerst en
het langst.
•
Als de huid rood wordt stop je zodat de huid kan afkoelen.
•
Als degene die gemoxeerd wordt het heel warm krijgt, laat hem dan een
glas koud water slokje voor slokje drinken.
•
Als er een brandwondje ontstaat behandel je dit als zodanig.

Hoe moxeer je?
De methode die wij gebruiken is vooral geschikt voor plekken die ontspannen,
koud, slap, blauw en vol vocht zijn en als het weer koel en de temperatuur
laag is.
Begin op een afstand van ongeveer 1 cm. boven de huid. Draai de punt
van de moxastick langzaam rond boven het te moxeren punt. Vergroot
langzaam aan de afstand tot 2 à 3 cm. Het meest ideale is als
degene die gemoxeerd wordt zich kan openstellen voor de warmte en de
hitte naar binnen voelt stromen. Is dit niet het geval dan kan op een
zeker moment een pijn of gloeiend gevoel ontstaan. Je kunt proberen
dit gloeiende gevoel met een spreidende massage tegen te gaan en zo
de behandeling verlengen. Als dat niet lukt stop je de behandeling
op dat punt.
Waarschuw de patiënt vooraf dat het niet verstandig is zich groot
te houden als hij pijn voelt maar dat hij dit laat weten. Het is de
kunst de afstand zo te bepalen dat pijn en roodheid uitblijft, en de
moxa vrij lang, tot ongeveer 5 minuten boven het oppervlak gehouden
kan worden. Als er een steekje in een punt gevoeld wordt kan er even
met de vinger over gewreven worden voor je verder moxeerd. De genoemde
5 minuten is maar een aanduiding. De duur van de behandeling hangt
sterk af van de reacties van de patiënt en het aantal punten dat
je wilt moxeren, veel punten dan korter per punt. Verder kun je bij
slapte, uitputting en kou langer moxeren per punt.

Waar kun je moxeren? Je zoekt op het lichaam een
slappe, koude, holle, energieloze plek. Deze plek kun je opwarmen en
weer energiek maken. Deze methode is vooral
geschikt bij vrij algemene klachten. Als er sprake is van een slechte
conditie, algemeen onbehagen, geïrriteerd zijn, moeheid, slapte,
loomheid en kou.
• Bij vrouwen niet op de borsten moxeren.
• Aan de binnenkant van de hand kun je niet moxeren.
• Aan de binnenkant van de onderarm mag je niet moxeren als er sprake is
van hartkloppingen, hoge bloeddruk of circulatiestoringen.
Je kunt er voor kiezen een plaatselijke behandeling te geven. Het volgende
kun je doen als er sprake is van pijnlijke, stijve, zeer gespannen spieren.
Bij iedere gespannen spier is in zijn omgeving een spier die ontspannen
is te vinden, vaak ligt die er naast of ertegenover. Bijvoorbeeld bij
stijfheid onder in de rug is het vaak zo dat er slapte zit in de buikspieren.
Door dan op de buik te moxeren wordt een tegenwicht tegen de spanning
in de rug gecreëerd. In dit geval kunnen ook de koude plekken op
de rug (meestal iets hoger en lager dan de pijn) gemoxeerd worden.
Je kunt ook plaatselijk moxeren bij botbreuken, dit bevordert zeer diep
de doorbloeding. Verder kun je moxeren bij eelt, reumatische klachten
en stijve gewrichten.
Ook littekens kunnen heel goed met moxa behandeld worden. Door enkele
malen moxeren kan een blokkade doorbroken worden waardoor lichaamsfuncties,
die soms jarenlang nauwelijks actief zijn geweest, weer tot leven komen.
Bijverschijnselen als jeuk, tinteling en een enkele keer misselijkheid
kunnen zich als gevolg hiervan een korte tijd manifesteren.
|